Zoals ik de vorige keer al schreef, zijn we gestart met een serie over gebed. Dit willen we doen a.h.v. de gebedshand:
‘Soms is het best wel moeilijk hoe je moet bidden, hè? Wat moet je zeggen tegen de Heere?’, zo ging ik verder. Daar waren de kinderen het wel mee eens. ‘Daar gaan we de komende tijd over nadenken: Wat zeg je tegen de Heere? Hoe bid je? Wat mag je vragen/vertellen aan Hem?’
Ik deed mijn duim omhoog. De eerste ‘vinger’ van je hand is je duim. ‘Wat betekent het als ik mijn duim naar iemand omhoog steek?’ ‘Goed gedaan’, zei ons kleutermeisje. ‘Precies!, dat betekent het. Je geeft iemand daar een compliment mee, je zegt dat hij of zij iets goed gedaan heeft. Dat zou je ook kunnen noemen dat je iemand prijst. Zo mogen wij de Heere ook prijzen voor al Zijn goede daden, voor alles wat Hij geschapen heeft, voor de Bijbel, voor de Heere Jezus, voor zoveel moois in ons leven…’
Hierna vertelde ik het verhaal over het volk Israël dat door de Rode Zee is getrokken en aan de overkant de Heere prijst en liederen voor Hem zingt. We lazen uit een wat makkelijkere vertaling de lofzang van Mirjam met de kinderen.
Tot slot maakten we een gebedshand. De kinderen mochten hun eigen hand overtrekken, uitknippen, opplakken en versieren. De oudste kon zelf bij elke vinger de ‘gebedsaspecten’ schrijven, bij de andere 2 heb ik het gedaan. Aan het einde van het gezinsmoment mochten alle kinderen in hun gebed iets noemen waarvoor ze de Heere wilde prijzen en loven.
Volgende week hopen we na te denken over de wijsvinger: God danken!
In Hem verbonden,
ღ Haal adem! zegt
Dank je wel. je bent een echt inspiratie voor anderen!
Anoniem zegt
Daar sluit ik me helemaal bij aan, bedankt weer voor het delen van je gezinsmoment!
Groetjes van Marjet.